The Doors. Een vuistvol stilte

PRE-ORDER! Verschijnt september 2025
€24.99

Ontstaan, doorbraak, hoogtepunten en legendevorming van de grootste Amerikaanse rockband van de psychedelische jaren zestig.

Nieuwe, aangevulde editie van de in 2018 verschenen Doors-biografie Een vuistvol stilte. Deze nieuwe editie is aangevuld met recente ontwikkelingen en releases, en verschijnt ter gelegenheid van 60 jaar The Doors (1965-2025)

Behalve dat Een vuistvol stilte de enige Nederlandstalige complete biografie is van The Doors, bevat het boek informatie over bootlegs, beschrijvingen en ooggetuigeverslagen van live concerten, en wordt ook de post-Morrison periode van The Doors uitgebreid beschreven. Ook soloprojecten van later jaren komen aan bod, en voor de mythevorming van The Doors na Jim Morrisons dood is bijzondere aandacht. Achter in het boek volgt een zeer uitgebreide discografie.

The Doors. Een vuistvol stilte is een absolute must voor Doors-fans! (Alleen verkrijgbaar in het Nederlands)

‘I was hearing in my head a whole concert situation’

Juli 1965: Ray Manczarek zit op Venice Beach, vervuld van gedachten en dromen. Hij kuiert een beetje in de richting van de oceaan en wordt plotseling een bekende gestalte gewaar, die hij later in zijn autobiografie op de van hem bekende, wijdlopige en filmische manier beschrijft als een ‘figuur in silhouet die langs het ondiepe zeewater, het natte strand loopt en water opspat. Ik kan niet goed zien wie het is, maar als hij tegen het water trapt, vormen zich allemaal diamantjes rond zijn voeten.’ Het is natuurlijk Jim Morrison, die in de afgelopen anderhalve maand zo’n vijftien kilo is afgevallen, zijn haar heeft laten groeien en er volgens Ray uitziet als Michelangelo’s David.
     Morrison blijkt toch niet naar New York te zijn gegaan; hij heeft nu zijn intrek genomen op het platte dak van het appartement van UCLA-studiegenoot Dennis Jakob.
     ‘Wat heb je zoal gedaan?’ vraagt Ray.
     ‘Niets,’ antwoordt Jim. ‘En jij dan?’
     ‘Ik heb ook niets gedaan. Ik probeer erachter te komen wat ik kan gaan doen.’
     ‘Ben je met iets bezig?’
     ‘Ik heb zitten nadenken over filmscripts en zo. Heb jij nog aan iets gewerkt?’
     Daarop ontsteekt Jim de vonk: ‘Ik heb nummers zitten schrijven.’
     Ray spitst zijn oren, hij is meteen een en al aandacht en in zijn hoofd begint een machinerie te draaien die nooit meer tot stilstand zal komen. ‘Zing eens wat, laat eens horen wat je hebt geschreven.’
     Jim sputtert tegen, zegt dat hij niet kan zingen.
     ‘Natuurlijk wel, gewoon doen, man. Net als toen in de Turkey Joint.’
     ‘Ja maar, toen was ik dronken.’
     Het kost Ray enige moeite om Jim te overtuigen dat hij hier, op zijn knieën in het zand, in zijn korte broek en met ontbloot bovenlijf, zijn haren waaiend in de zeewind, niets te vrezen heeft: er is geen publiek bij, alleen zijn goede vriend Ray van de surfband Rick & The Ravens.
     Jim sluit uit gêne zijn ogen en begint te zingen:

     ‘Let’s swim to the moon
     Let’s climb through the tide
     Penetrate the evening that the
     city sleeps to hide
     Let’s swim out tonight, love
     It’s our turn to try
     Parked beside
     the ocean on our
     moonlight drive.’

Terwijl Jim zijn dichtregels zingt, slechts begeleid door de wind en strandgeluiden, hoort Ray in zijn hoofd de hele muzikale begeleiding. ‘In mijn verbeelding hoor ik een complete opname!’ zo zal hij zich de conceptie van The Doors later herinneren. ‘Drums, bas, gitaren, achtergrondzang; en ik speel een funky orgel boven het geheel. Ik benadruk de woorden en vul de gaten met denkbeeldige riffs, bluesy en cool en venijnig en funky.’
     ‘O man, te gek!’ roept Ray enthousiast. ‘Heb je nog meer?’
     ‘Ja, ik heb er nog een paar. Eentje heet “Summer’s Almost Gone” en een ander nummer heet “My Eyes Have Seen You”.’
     Met Chet Baker-achtige stem zingt Jim dat laatste nummer, nog steeds geknield in het zand, terwijl hij het ritme houdt door met zijn handen mee te drummen op zijn bovenbenen. Het op één na laatste couplet is geïnspireerd op Jims uitzicht over het woud van televisieantennes op de gebouwen grenzend aan Venice Beach, sinds hij ‘woont’ op het dak van Dennis Jakobs appartement:

     ‘My eyes have seen you
     My eyes have seen you
     My eyes have seen you
     Free from disguise
     Gazing on a city under
     Television skies
     Television skies
     Television skies.’

Dan sluit Jim het nummer af met een verwijzing naar zijn recent opgegeven studie:

     ‘My eyes have seen you
     My eyes have seen you
     My eyes have seen you
     Let them photograph your soul
     Memorize your alleys on an
     Endless roll
     Endless roll
     Endless roll.’

Manczareks enthousiasme is niet te stuiten. Hij voelt, hij weet dat hier iets heel bijzonders aan hem is geopenbaard. Zijn goede vriend Jim Morrison, die anderhalve maand lang nauwelijks heeft gegeten en vooral veel lsd heeft ingenomen, die er blijkbaar een talent voor heeft nergens bij te horen, althans niet in reguliere, geordende structuren, Jim Morrison die van al Rays vrienden de meest erudiete is, die een ogenschijnlijk algemene desinteresse heeft voor alles behalve lezen, bier drinken, meiden versieren en blowen, deze vreemde gast blijkt nu ook nog een ongekend talent te hebben, namelijk duistere liedteksten schrijven, inclusief een melodielijn – en hij is nog redelijk stemvast ook!
     ‘Jim, dit zijn de beste nummers die ik ooit heb gehoord! Met jouw teksten, en wat ik op de toetsen kan spelen… Man, we moeten een band oprichten!’ Meegesleept door zijn eigen woorden, roept hij er uitbundig achteraan: ‘We gaan een miljoen dollars verdienen!’
     ‘Precies wat ik ook in gedachten had,’ zegt Jim droog.
     Dan rijst de vraag wie er moet gaan zingen. Jim voelt er weinig voor, want hij kan nu eenmaal niet zingen. Maar Ray weet hem te overtuigen dat Jim daar toch echt de aangewezen persoon voor is.
     Ter plekke wordt ook de bandnaam bedacht. Als Jim komt met de naam The Doors, roept Ray:
     ‘The wat?! Kom op, dat is belach–’ Dan valt het kwartje pas. ‘O wacht! Je bedoelt de deuren in je geest? De deuren van de waarneming? Zoals Aldous Huxley?’
     ‘Ja. Cool, hè!’

Formaat: 
170 × 240 mm

Omvang: 
ca. 450 pagina’s

Uitvoering: 
paperback,
zwart-wit-foto's
en illustraties

Editie:
eerste (aangevulde) druk
september 2025

(eerste druk oktober 2018)

ISBN: 
-